Website -pictogram Xpert.Digital

Nieuwsbrieven zonder toestemming: Hof van Justitie geeft duidelijkheid aan online retailers – einde aan de angst voor dubbele opt-in?

Nieuwsbrieven zonder toestemming: Hof van Justitie geeft duidelijkheid aan online retailers – einde aan de angst voor dubbele opt-in?

Nieuwsbrieven zonder toestemming: Hof van Justitie verduidelijkt online retailers – einde aan de angst voor dubbele opt-in? – Afbeelding: Xpert.Digital

Datasoevereiniteit als concurrentievoordeel: commentaar op de uitspraak van het Hof van Justitie over reclame in nieuwsbrieven zonder toestemming

Bom van het Hof van Justitie van de Europese Unie: Waarom de uitspraak over de nieuwsbrief Amazon-verkopers in het nadeel brengt – De verborgen machtsverschuiving in de digitale detailhandel

De uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie van 13 november 2025 wordt in het publieke debat vaak afgeschilderd als een vereenvoudiging van de distributie van nieuwsbrieven. Een dergelijke oppervlakkige interpretatie gaat echter voorbij aan de diepere economische realiteit van het huidige e-commerce-ecosysteem. Deze uitspraak bevestigt niets minder dan een machtsasymmetrie die al jaren de basis vormt van het digitale handelslandschap: controle over klantgegevens is de doorslaggevende concurrentiefactor geworden. Wie over deze gegevens beschikt, heeft directe toegang tot klanten. Wie deze toegang niet heeft, is structureel benadeeld.

Met deze uitspraak erkent de rechtbank impliciet dat het vermogen om klantrelaties rechtstreeks te beheren een fundamentele economische waarde is. De uitspraak legitimeert daarmee een bestaande machtsstructuur die al lange tijd het Duitse en Europese retaillandschap vormgeeft. Het is een beslissing die eerder consolideert dan hervormt.

Het overwinnen van de architectuur van rechtsonzekerheid

Vóór de uitspraak kampten Duitse kleine en middelgrote ondernemingen (kmo's) met rechtsonzekerheid. De interpretatie van artikel 7, lid 3, van de Duitse wet oneerlijke concurrentie (UWG) was historisch controversieel. Terwijl sommige hoogleraren in de rechten en rechtbanken betoogden dat zelfs gratis registratie als een "verkoop" kon worden beschouwd, namen anderen het restrictievere standpunt in dat een daadwerkelijke aankoop vereist was. Deze vaagheid leidde ertoe dat veel bedrijven proactief de dubbele opt-in-procedure implementeerden, ook al was deze niet verplicht. Ze kozen voor de conservatievere strategie om boetes te voorkomen.

Het Europese Hof van Justitie (HvJ-EU) heeft deze onduidelijkheid weggenomen. Het Hof verduidelijkte dat gratis registratie of het gebruik van gratis diensten inderdaad een voldoende rechtsgrondslag vormt voor de daaropvolgende verzending van nieuwsbrieven. Tegelijkertijd benadrukte de uitspraak dat artikel 7(3) van de Duitse Wet oneerlijke concurrentie (UWG) een specifiekere regeling is dan de AVG. Dit betekent concreet dat iedereen die aan deze voorwaarden voldoet, geen aanvullende toestemming voor gegevensbescherming nodig heeft op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG).

Deze verduidelijking neemt een onnodige laag aan complexiteit weg. Bedrijven hoeven zich niet langer aan twee wettelijke regimes tegelijk te houden, maar kunnen zich concentreren op de specifieke regels van de Wet oneerlijke concurrentie (UWG). Tegelijkertijd creëert deze verduidelijking ook kansen voor agressieve marktpartijen die voorheen uit voorzorg restrictiever optraden.

De economische realiteit: nieuwsbrieven als winstgevendheidsvermenigvuldigers

De economische implicaties van deze uitspraak worden gedreven door de empirische realiteit van e-mailmarketing. De gegevens zijn consistent en overtuigend: elke euro die in e-mailmarketing wordt geïnvesteerd, genereert gemiddeld 38 tot 42 euro aan inkomsten. Dit is een rendement op investering dat geen enkel ander marketingkanaal regelmatig behaalt. Selfmedia-advertenties, affiliate marketing en traditionele display advertising kunnen niet concurreren met deze cijfers.

Deze hoge winstgevendheid is geworteld in de fundamentele aard van e-mailmarketing. In tegenstelling tot sociale media of zoekmachinemarketing heeft de verzender van de nieuwsbrief directe toegang tot de klant. Het e-mailadres is een communicatiekanaal dat niet wordt gefilterd door algoritmen, niet afhankelijk is van cookies van derden en niet onderhevig is aan de grillen van sociale netwerken. Dit is media-eigendom in de klassieke zin van het woord, gedigitaliseerd. Een nieuwsbriefabonnee is een asset waarover het bedrijf volledige redactionele en commerciële controle heeft.

Voor zelfstandige retailers met een eigen webshop biedt de uitspraak van het HvJ concrete efficiëntievoordelen. Registratie in de webshop om afleveradressen of betaalmethoden op te slaan, kan nu worden beschouwd als een voldoende rechtsgrondslag voor nieuwsbriefmarketing. Dit vermindert de complexiteit van klantenwerving. In plaats van aparte opt-incampagnes te moeten voeren, kunnen e-maillijsten worden opgebouwd vanuit het reguliere registratieproces. Voor kleine en middelgrote retailers met beperkte marketingbudgetten levert dit aanzienlijke kostenbesparingen op.

Tegelijkertijd pakt de uitspraak een belangrijke asymmetrie aan: degenen die over klantgegevens beschikken, kunnen deze productief gebruiken; degenen die ze niet bezitten, kunnen dat niet. Deze asymmetrie is geen tekortkoming of bijwerking van moderne e-commerce; het is de kern van het moderne e-commercemodel. De uitspraak heeft dit onomstotelijk bevestigd.

Het segmenteren van winnaars en verliezers

Rekening houdend met deze economische logica wordt de segmentatie van marktdeelnemers duidelijk. De uitspraak creëert directe winnaars en structurele verliezers.

De directe winnaars zijn webwinkels met een eigen eigenaar en middelgrote e-commercebedrijven. Deze bedrijven hebben directe klantrelaties. Hun klanten registreren zich op hun websites, geven hun e-mailadres op en maken gebruikersaccounts aan. Dankzij deze nieuwe regelgeving kunnen deze bedrijven hun bestaande klantgegevens productiever gebruiken. De drempel tussen "klant heeft zich geregistreerd" en "klant ontvangt marketingcommunicatie" is verlaagd. Dit betekent lagere kosten per marketingcontact en een grotere kans dat geregistreerde klanten daadwerkelijk nieuwsbrieven ontvangen. In de praktijk kan dit voor een online modewinkel een directe kostenbesparing van mogelijk 20 tot 30 procent per marketingcontact betekenen ten opzichte van voorheen, als de processen voor dubbele opt-in kunnen worden vereenvoudigd.

De verliezers vormen een genuanceerder geval. Het zijn niet in de eerste plaats de klanten of consumenten, maar eerder de marktdeelnemers die hun economische positie hebben gebaseerd op data-asymmetrie. Amazon, eBay en Otto zijn de centrale marktplaatsbeheerders in Duitsland. Deze platforms onderhouden klantrelaties. Kopers registreren zich op deze marktplaatsen, niet op de websites van individuele verkopers. Dit betekent dat Amazon, eBay en Otto de waardevolle klantgegevens beheren, niet de individuele verkopers.

Het Europese Hof van Justitie (HvJEU) heeft met zijn uitspraak deze machtsongelijkheid niet gecreëerd. Maar de uitspraak bevestigde en legitimeerde deze wel. De platforms hebben er absoluut geen belang bij om deze waardevolle klantgegevens aan verkopers te verstrekken. Ze blokkeren systematisch het contact tussen verkoper en klant. Een verkoper op de Amazon Marketplace mag geen directe e-mails naar kopers sturen om hen te informeren over nieuwe producten. Amazon verbiedt dit expliciet. Toegang tot het e-mailadres van de klant is feitelijk verboden. De uitspraak verandert hier niets aan. En dat kan ook niet, aangezien het alleen het nationale mededingingsrecht interpreteert, niet de algemene voorwaarden van particuliere platforms.

De intensivering van de marktconcentratie

Deze dynamiek leidt tot een onvermijdelijke intensivering van de reeds bestaande marktconcentratie. Amazon beheerst ongeveer 50 procent van het Duitse marktvolume. eBay volgt met een marktaandeel van ongeveer 15 procent en Otto met ongeveer 10 procent. Dit betekent dat ongeveer 75 procent van het marktvolume in handen is van drie spelers. Binnen deze marktplaatsen zijn er duizenden individuele verkopers, van wie de meesten geen directe toegang tot de klant hebben.

De uitspraak van het HvJ versterkt deze trend indirect. Het motiveert retailers om klantgegevens te verzamelen op hun eigen websites. Degenen die actief zijn op marktplaatsen profiteren niet van de uitspraak. Dit creëert een sterke prikkel voor retailers om hun kanalen verticaal te integreren, waarbij ze afstappen van marktplaatsen en zich richten op hun eigen kanalen die rechtstreeks naar de consument gaan. Dit is een rationele strategische reactie. Het verergert echter ook de asymmetrie tussen gevestigde merken met bestaande klantenbestanden en nieuwkomers op de markt. Grote, gevestigde retailers kunnen hun bestaande klantennetwerken direct benutten. Nieuwe en kleinere aanbieders moeten hun klantenbestand nog steeds opbouwen. De uitspraak bevoordeelt structureel de bestaande orde.

 

🔄📈 B2B-handelsplatforms Ondersteunings-strategische planning en ondersteuning voor export en wereldeconomie met Xpert.Digital 💡

B2B -handelsplatforms - Strategische planning en ondersteuning met Xpert.Digital - Afbeelding: Xpert.Digital

Business-to-business (B2B) handelsplatforms zijn een cruciaal onderdeel van de wereldwijde handelsdynamiek geworden en dus een drijvende kracht voor export en wereldwijde economische ontwikkeling. Deze platforms bieden bedrijven van elke omvang, met name MKB -bedrijven - kleine en middelgrote bedrijven - die vaak worden beschouwd als de ruggengraat van de Duitse economie, aanzienlijke voordelen. In een wereld waarin digitale technologieën steeds meer naar voren komen, is het vermogen om zich aan te passen en te integreren cruciaal voor succes in de wereldwijde concurrentie.

Meer hierover hier:

 

Van gegevensbescherming naar winst: hoe de Europese regelgeving verandert

De internationale implicaties en de Europese positie

De uitspraak is afkomstig van een Europese rechtbank en is alleen rechtstreeks van toepassing binnen Europees grondgebied. Het signaleert echter een standpunt dat van belang is voor toekomstig Europees databeleid. Historisch gezien is de Europese regelgeving sinds de invoering van de AVG protectionistisch geweest ten aanzien van persoonsgegevens. De AVG was een poging om Europese burgers te beschermen tegen de datahonger van Amerikaanse technologiebedrijven. Het was tevens een poging om Europese bedrijven meer controle over hun gegevens te geven.

De uitspraak van het HvJ van november 2025 signaleert een verschuiving: de focus ligt niet langer op maximale beperkingen op het gebied van gegevensbescherming, maar op het vermogen van bedrijven om de verzamelde gegevens efficiënt te gebruiken. Deze visie verbetert de winstgevendheid van de Europese e-commerce, maar ook asymmetrisch. Het verbetert de winstgevendheid van bedrijven die al over klantgegevens beschikken. Het verbetert niet de winstgevendheid van bedrijven die dat niet doen.

Vanuit geo-economisch perspectief betekent dit dat de uitspraak een Europees regelgevingspad inslaat dat Amerikaanse techgiganten zoals Amazon (die ook gebonden zijn aan de Europese AVG) benadeelt, maar tegelijkertijd Europese retailers versterkt. Dit zou kunnen worden opgevat als een protectionistische maatregel, niet in de zin van strafheffingen, maar in de zin van betere voorwaarden voor Europese concurrenten. In werkelijkheid is het echter eerder een verschuiving in het Europese zelfbeeld: van maximale gegevensbescherming naar pragmatische gegevensbescherming die economische efficiëntie mogelijk maakt.

De realiteit van Customer Lifetime Value

De economische kracht van e-mailmarketing komt uiteindelijk voort uit het concept Customer Lifetime Value (CLV). Deze maatstaf berekent de totale winst die een klant voor een bedrijf genereert gedurende de gehele looptijd van de zakelijke relatie. Voor een gemiddelde webshop met een gemiddelde orderwaarde van € 80, ongeveer vier aankopen per jaar en een gemiddelde klantbehoudperiode van drie jaar, bedraagt ​​de CLV ongeveer € 480, exclusief kosten.

Dit is een fundamentele maatstaf voor winstgevendheid. Als een klant een eenmalige aankoop doet en vervolgens verdwijnt, is acquisitie kostbaar en is het bedrijfsmodel kwetsbaar. Omgekeerd, als een klant herhaalde aankopen doet en gedurende meerdere jaren consistent hoge cumulatieve waarde voor het bedrijf genereert, wordt acquisitie duurzaam en blijft de algehele winstgevendheid stabiel. E-mailmarketing is een van de krachtigste tools om deze herhaalaankopen te realiseren, omdat het de klantretentie aanzienlijk verhoogt. Een goed uitgevoerde nieuwsbriefserie kan bestaande klanten reactiveren, de bekendheid met nieuwe producten vergroten en de gemiddelde frequentie van herhaalaankopen verhogen.

De uitspraak van het HvJ stelt retailers in staat dit proces te stroomlijnen. Het traject van de eerste aankoop tot het abonnement op de nieuwsbrief wordt vereenvoudigd. Dit betekent direct dat meer potentiële terugkerende klanten zich daadwerkelijk als nieuwsbriefabonnee registreren. De kans wordt groter dat nieuwe klanten loyale klanten worden.

De asymmetrische verdeling van winsten

Hierin schuilt een significante asymmetrie. De voordelen van deze uitspraak zijn niet gelijk verdeeld. Grote, gevestigde retailers met bestaande klantenbestanden profiteren direct. Ze kunnen hun bestaande klantgegevens productiever benutten. Een grote schoenenretailer met een miljoen nieuwsbriefabonnees kan deze lijst nog effectiever benutten. De marginale winst van deze nieuwe toegangsrechten voor klanten bedraagt ​​waarschijnlijk minder dan 5 procent extra omzet voor hen.

Kleine en startende retailers zonder bestaande klantenkring profiteren minder direct. Ze moeten nieuwe klantgegevens verzamelen. De uitspraak maakt dit niet makkelijker; het maakt het alleen makkelijker om die gegevens te gebruiken zodra ze eenmaal verzameld zijn. Het structurele voordeel voor nieuwkomers op de markt blijft bestaan.

De uitspraak verandert niets aan het feit dat marktplaatsverkopers, zoals verkopers op Amazon, geen toegang hebben tot klantgegevens. Ze zitten in dezelfde valkuil als voorheen. Ze kunnen hun producten wel op de marktplaats verkopen, maar ze kunnen de klantrelatie niet rechtstreeks beheren. Dit is expliciet verboden in de algemene voorwaarden van de marktplaatsen.

De implicaties voor het direct-to-consumer model

De uitspraak versterkt echter een strategisch prikkelsysteem dat al impliciet in het Europese databeleid zat: de prikkel voor verticale integratie. Retailers worden aangemoedigd hun kanalen te segmenteren. Ze zouden directe toegang tot klantgegevens moeten creëren door klanten te beheren op hun eigen websites, mobiele apps of andere eigen kanalen. Dit is een direct-to-consumer-model. Amazon en andere marktplaatsen proberen deze verticale integratie te voorkomen, maar de regelgeving creëert sterke prikkels om deze te ondersteunen.

Dit is een subtiele verschuiving in de marktlogica. Het betekent dat retailers die succesvolle direct-to-consumer kanalen opzetten op de middellange termijn een economisch voordeel zullen behalen ten opzichte van pure marktplaatsverkopers. Dit geldt met name voor de mode- en lifestyle-industrie, waar direct-to-consumer modellen al aanzienlijk aan populariteit winnen. Merken zoals Zalando hebben dit onderkend en bouwen hun platform op als een quasi-marktplaats, terwijl ze toch meer controle over klantgegevens behouden dan verkopers op Amazon.

De realiteit van concurrentie onder omstandigheden van data-asymmetrie

Dit leidt tot een ongemakkelijke realiteit: de uitspraak van het HvJ is pragmatisch en economisch verantwoord. Ze vermindert de regelgevingsfrictie en maakt zuinigere marketingpraktijken mogelijk. Tegelijkertijd verergert ze de structurele onevenwichtigheden die al in de markt bestaan. Het is een beslissing die de bestaande machtsverdeling niet democratiseert, maar juist consolideert.

Verkopers op marktplaatsen worden niet sterker. Kleine marktdeelnemers zonder bestaande klantenbestanden worden niet proportioneel sterker. Nieuwe marktdeelnemers zonder toegang tot klantgegevens worden niet sterker. De bestaande, gevestigde retailers en merkbedrijven die al een klantenbestand hebben, profiteren hiervan. Dit is de realiteit van moderne e-commerce onder omstandigheden van data-asymmetrie.

De economische dimensie op langere termijn

Op de langere termijn zal deze uitspraak bestaande trends versnellen. E-commercemarkten zullen meer gesegmenteerd raken tussen spelers met directe toegang tot klanten en spelers zonder. De winstgevendheid van deze twee modellen zal uiteenlopen. Direct-to-consumer-modellen zullen winstgevender worden, terwijl marktplaatsverkopersmodellen minder winstgevend zullen worden vanwege een zwakkere klantloyaliteit. Dit zal leiden tot een verdere centralisatie van e-commerce onder een kleiner aantal grote, geïntegreerde spelers die hun eigen verticale kanalen beheren.

Dit is uiteindelijk de economische paradox van het Europese databeleid. Het werd ingevoerd met de AVG om de machtsongelijkheid tussen bedrijven en burgers te verkleinen. De implementatie ervan heeft echter geleid tot een toename van de machtsongelijkheid tussen grote, gevestigde spelers en kleine, nieuwe marktdeelnemers. De uitspraak van het Hof van Justitie verergert dit effect.

Pragmatisme in plaats van hervorming

De uitspraak van het Europees Hof van Justitie van 13 november 2025 over reclame via nieuwsbrieven zonder toestemming is een pragmatisch oordeel. Het vermindert de regelgeving, maakt efficiëntere marketingpraktijken mogelijk en schept duidelijkheid in een gebied dat voorheen door onzekerheid werd geplaagd. Voor retailers met bestaande klanten is het een reëel voordeel, omdat het hun marketingkosten verlaagt en hun efficiëntie verhoogt.

Tegelijkertijd lost deze uitspraak geen enkel structureel probleem van moderne e-commerce op. In plaats daarvan verergert het bestaande asymmetrieën. Degenen die over klantgegevens beschikken, hebben een voorsprong. Degenen zonder klantgegevens blijven in het nadeel. Marktplaatsverkopers zonder directe toegang tot klanten profiteren er niet van. Nieuwkomers op de markt zonder bestaande klantenkring profiteren er niet van. De overgrote meerderheid van de retailers in Duitsland die via marktplaatsen verkopen, profiteert er niet van.

De uitspraak illustreert daarmee de pragmatische Europese regelgevingsaanpak van vandaag: het optimaliseren van de bestaande orde in plaats van deze te hervormen. Dit is economisch rationeel zolang winstmaximalisatie het doel is. Het is echter ook politiek relevant, omdat het betekent dat de centrale machtsongelijkheid binnen de moderne e-commerce niet door Europese rechtspraak wordt gecorrigeerd, maar juist gelegitimeerd.

De economische winnaars van deze uitspraak zijn dus duidelijk: grote, gevestigde retailers en merkbedrijven met bestaande klantenbestanden. De verliezers zijn diffuus, maar meetbaar: marktplaatsverkopers, nieuwkomers op de markt en kleine marktdeelnemers zonder directe toegang tot de klant. Dit is de economische

 

Uw wereldwijde partner voor marketing en bedrijfsontwikkeling

☑️ onze zakelijke taal is Engels of Duits

☑️ Nieuw: correspondentie in uw nationale taal!

 

Konrad Wolfenstein

Ik ben blij dat ik beschikbaar ben voor jou en mijn team als een persoonlijk consultant.

U kunt contact met mij opnemen door het contactformulier hier in te vullen of u gewoon te bellen op +49 89 674 804 (München) . Mijn e -mailadres is: Wolfenstein Xpert.Digital

Ik kijk uit naar ons gezamenlijke project.

 

 

☑️ MKB -ondersteuning in strategie, advies, planning en implementatie

☑️ Creatie of herschikking van de digitale strategie en digitalisering

☑️ Uitbreiding en optimalisatie van de internationale verkoopprocessen

☑️ Wereldwijde en digitale B2B -handelsplatforms

☑️ Pioneer Business Development / Marketing / PR / Maatregel

 

Onze wereldwijde industriële en economische expertise op het gebied van bedrijfsontwikkeling, verkoop en marketing

Onze wereldwijde branche- en bedrijfsexpertise op het gebied van bedrijfsontwikkeling, verkoop en marketing - Afbeelding: Xpert.Digital

Branchefocus: B2B, digitalisering (van AI tot XR), machinebouw, logistiek, hernieuwbare energie en industrie

Meer hierover hier:

Een thematisch centrum met inzichten en expertise:

  • Kennisplatform over de mondiale en regionale economie, innovatie en branchespecifieke trends
  • Verzameling van analyses, impulsen en achtergrondinformatie uit onze focusgebieden
  • Een plek voor expertise en informatie over actuele ontwikkelingen in het bedrijfsleven en de technologie
  • Topic hub voor bedrijven die meer willen weten over markten, digitalisering en industriële innovaties

 

🎯🎯🎯 Profiteer van de uitgebreide, vijfvoudige expertise van Xpert.Digital in een uitgebreid servicepakket | BD, R&D, XR, PR & Optimalisatie van digitale zichtbaarheid

Profiteer van de uitgebreide, vijfvoudige expertise van Xpert.Digital in een uitgebreid servicepakket | R&D, XR, PR & Optimalisatie van digitale zichtbaarheid - Afbeelding: Xpert.Digital

Xpert.Digital heeft diepe kennis in verschillende industrieën. Dit stelt ons in staat om op maat gemaakte strategieën te ontwikkelen die zijn afgestemd op de vereisten en uitdagingen van uw specifieke marktsegment. Door continu markttrends te analyseren en de ontwikkelingen in de industrie na te streven, kunnen we handelen met vooruitziende blik en innovatieve oplossingen bieden. Met de combinatie van ervaring en kennis genereren we extra waarde en geven onze klanten een beslissend concurrentievoordeel.

Meer hierover hier:

Verlaat de mobiele versie